11 Inventory - Gaus, Pieter - 9 May 1730, In: Die Boedelinventarisse van Erflaters in die Distrik Stellenbosch 1679-1806, transcribed by Annemarie Krzesinski-De Windt, published by Stellenbosch Museum 2002, page 327, MOOC 8/5, 27 den Landbouwer Pieter Gaus, ten voordeele van zijn nagelatene huijsvrouw Anna Oosthuijsen ter eenre, en zijn vier nageblevene kinderen met namen Jannetje, Dorothea, Pieter en Sara Gaus, mitsgaders nog een waarvan sij Wed. swanger is ... zoo en in dier voegen als deselve door ons ondergetekende als grootmoeder en oom van die kinderen zijn bevonden, opgenomen en getaxeert, in presentie van de gecommitt:e Weesmeesteren, namentlijk ... Dit is + de handtekening van Anna Oosthuijsen ... zoo en in dier voegen als deselve door ons ondergetekende als grootmoeder en oom van die kinderen zijn bevonden ... Dit is + ’t merk van Jannetje Martensz huijsvrouw van Jan Oosthuijsen, Gerrit Oosthuijsen
Estate Accounts - Van Emmenes, Gerrit - 1771, dated 21 June 1771 - earliest date is November 1769, Cape Archives, MOOC 13/1/7, 56 alle 5 (kinderen) in huwelijk verwekt bij wijlen zijn eerste huijsvrouw Anna Oosthuijsen:
Estate Accounts - Maartensz, Jannetje - 1737, Earlierst date in accounts 7 May 1736, sale of goods; account finalised 31 August 1737, Cape Archives, MOOC 13/1/2, 99 Per de volgende in voldoening van haar moeders erfportie, te weten: .... Anna Oosthuijsen, soveel aan haar man Gerrit Emmenes ...
Weeskamer Notulen Boek MOOC 1/7, page 37, Maandag den 8e Maij 1730 Anna Oosthuijsen wed: der landbouwer Pieter Gausch geadsisteert met haar moeder Jannetje Martensz: huijsvrouw van der mede landbouwer Jan Oosthuijsen, versogt aan't Collegie dat ver mits haar voornt. man ab intestato was overleden, dat zij hare goederen hier aan de Caab mog te opgeven, om daar uijt 't vaderlijke bewijs of erfportie aan hare minderjarige kinderen te doen, en't zelve bewijs onder borgen van haar voors' moeder als procura ite van hare man hebbende, en Gerrit Oosthuijsen, onder hare te mogen behoulden seggende dat de moeder van haar overle dene man, niet mede aan de Caab had konnen komen, dog wel daar mede te vreden zoude wesen, waar over gebesoigneert en geconsi dereert zijnde, dat die weede. seer verre van de hand, landwaart in woond, en 'er een geruijne tijde mede zoude heen gaan, eer zij ment haar mans moeder weder op zoude komen, so is eenparig goed gevonden 't zelve te accordeeren, mits dat hare goederen door gecommitteerde weesmeesteren ten overstaan van haar voorn: moeder werden g'inventariseert en getaxeert, en de helft daar van aan hare kinderen onder voorn: borgen, bij Acte van uijtkoop wert gepasseert, zullende ook daar en boven, een briefje van 't Collegie aan de Moe der van wijle haar man werden geschreven, en aan afschrifje van de inventaris en taxatie gesonden werden, ter einde haar werden gesien of zij daar mede sig zal confomeeren, ander daar in genoegen nemen. |
|