|
|
|||||||||||
Here follows a transcription of the document CJ 782, 4, dated 1705, from
the Council of Juctice records preserved in the Cape Archives. The transcription was done by Helena Liebenberg of Sentrum.co.za. |
||
Probable expansions of the
abbreviations: A:o - Anno E. Agtb:re - Edele Agtbare gen:t - genoemt gez: - gezegde gev:e - gevangene goed: - goederen S:r - seigneur |
||
Alsoo, Jacob van de Cust Cormandel Leijfeijgen van den Vrijlandboúwer Aan Stellenbos S:r Isaac Schrijver oúd omtrent 25 Jaaren althans S’ heeren gev:e búijten Pijn van Ysers of Banden vrijwillig heefte geconfess:t ende beleeden, ende oversúlx den E. Agtb:re raade van Jústitie deeses Goúvernements, volkomen gebleeken is, dat hij gev:e nú ongevaar drie maanden verleeden is geweest in Jan de Jonkers hoek aan Stellenbosch voorn:t ten húijse van den Vrijlandbouwer in de wandeling Jan Bombam genaamt, dat aldaar ter selver tijd meede is gekoomen, Hilletie Smits behúwd dogter van andries cúijper oud 14 Jaaren [en Súlx tot de Congressie beqúaam] de Welke aldaar was gegaan om een kan soogenaamd doppenbier voor haar stiefvader, die in gezeijde hoek meede woonagtig is, te haalen, dat hij gev:e haar hilletie Smits aldaar Siende, en wel weetende dat gez: Jonge dogter van daar weeder naar húijse stond te keeren, hij gev:e Sijn slag en boos desseijn waarnemende, van daar voor haar hilletie Smits, uijt den húijs is gegaan, dat hij gev:e de genoemde dogter van daar naar húijs keerende, na ’t ondergaan van de zon op het pad, alwaar seer wijnig passagiers is, omtrent drie honderd treeden van Andries Cúijper Sijn húijs, haar hilletie Smids heeft aangerand, vragende dezelfe, wilje bij mij Slapen, dat niet Teegenstaande Sij hilletie Smids als Sijnde een dogter van Eúropeaansche geslagte, hem gev:e het Selve in billijkheijd weijgerende hij gev:e de voorsz: Vraage aan haar hilletie tot drie differente weijse heeft herhaald, die hem gev:e het selve telkens heeft afgeslaagen, dat hij gev:e vervolgens, van Sodanigen qúade opzet is geworden, van de gezeijde dogter aldaar feijtelijk aan te tasten, Seggende dan Sal ik er Joúw toe dwingen; vattende dezelve aan, en worstelde met de gen: dogter Soodanig, dat deselve, dan eens op haar knien op de grond, en dan weer over ende is geraakt, dat hij gev: haar hilletie onder Sijn magt hebbende, andermaal de voorige vragen gedaan Seggende wilje het nú nog niet doen, dan sal ik Joúw de hals afsnijden, waar op Sij hilletie haar dapper verweerende, begon te roepen en overlúijd te schreeuwen, dat hij gev:e daarop haar hilleties neúsdoek heeft genoomen, deselve in haar mond gestopt, en alsoo getragt de gez: Jonge dogter het Schreeúwen te beletten, dat hij gev:e haar hilletie alsoo forceerende tot des avonds omtrent tússchen tien en elf úúren op die plaats heeft opgehouden, als wanneer bij geval aldaar te paard is komen aanrijden, den Vrijman Casper Vigier dewelke siende dat hij gev:e haar hilletie Smids nog was vast houdende, Seijde, wat drommel is hier in ’t pad te doen, dat sij hilletie doenmaals op, en los geraakt zijnde, tegens hem Casper Vigier Zeijde, Casper kijk, deese Jonge hoúd mijn hier vast, waarop gev:e Casper teegens hem gev:e Zeijde, Jou schelm, waarom hoú jeij dit meijse hier vast, dat den gev:e (als getroúbleert Zijnde,)
deed antwoorden, ik help haar goed: draagen, waar op voorn:e Casper hem gev:e dezelve naast Sijn Paard laatende gaan, heeft meede genoomen, naart húijs van Andries de Cúijper opgemeld dat hij gev:e aldaar gekomen Zijnde, terwijl gen:t Casper van Sijn Paard: was aftreedende, inmiddens Sig op de Vlúgt heeft begeeven tot dat hij eijndelijk op de aanklagten van de gezeijde dogter hilletie Smits, in handen van de Jústitie is geraakt, alle ’t welk Zijnde públicq geweld, overlast en schending van S’ heeren weegen, mitsgr: Violentie teegens de aangeboorene vrijheijd door een Swarte lijfeijgenen, aan een Vrije dogter van Europeaansche geslagte gepleegt, en Súlx Saake van Seer jammerlijke, en dangereúse gevolgen, die in een Land daar men gewoon is, de Jústitie te handhavende, geensints tollerabel, maar andere ten Exempel, op het aller rigoúreús te Strafbaar Sijn, Soo is t, dat den E. Agtb:re Raade van Jústitie, ten daage dienende, gesien en de g’ examineerde hebbende, den schriftelijke Crimineele Eijsch en Conclúsie bijden E: p:l Land-drost nom. Officii, opende Tegens den gev:e gedaan ende genoomen, mitsgr:s gelet op des gev:s Eijge Vrywillige Confessie; ten vierde maale in Júditio behoorlijk gerecolleerd, als meede op de verdere Stúkken, en docúmenten tot bewijs van Sijn vermeeten geprodúceert, verders met rijpe deliberatie van raade doorgesien, en overwoogen hebbende, alle ’t geene ter Zaake diendende was, en haar E. Agtb:re deede moveeren, doende regte, in de naame ende van weegen de Hoog Moogende Heeren Staaten Generaal der vrije vereenigde NederLanden, den gev:e hebben gecondemneert gelijk hem Condemneeren bij deesen, om gebragt te werden, ter plaatse daar men gewoon is Crimineele Sententien ’t Execúteeren, om aldaer den Scherpregter overgeleeverd Zijnde, met de koorde aan de galge gestraft te werden, datter de dood navolgd, súllende het doode Lighaam, tot een Spiegel en afschrik van anderen ten proije van ’t gevogelte op de búijten geregtsplaats, blijven hangen tot dat door dezelve, en de wind ’t eenemaal Sal geconsúmeert zijn. Aldús gedaan en gesentieerd In ’t Casteel de goede Hoop den 6 Junij A:o 1705. W:A: van der StelElsevierO: BerghJ:ns SwellengrebelWillem van PuttenK:J: SlotsbooH:k DonkerMij Present A: Poulle Secret:s Gepronúntieerd en g’ Execúteert den 10 Junij daar aan volgende. |
||
Comments or queries to: richard.ball@BallFamilyRecords.co.uk |